Nieuws

KIDV lanceert innovatieplatform

KIDVHet Kennisinstituut Duurzaam Verpakken (KIDV) lanceert met de Community of Sustainable Packaging Innovators hét innovatieplatform op het gebied van verpakkingen en recycling. Dat is goed nieuws voor startups, scale-ups of nieuwe samenwerkingsverbanden op het gebied van duurzaam verpakken. Zij kunnen vanaf 20 mei profiteren van de voordelen die de Community biedt.

Aanleiding voor het oprichten van de Community is de transitie naar een circulaire economie, gericht op het maximaal inzetten en hergebruiken van grondstoffen in de verschillende schakels van de productieketen. “Wij zien talrijke kansen en mogelijkheden voor nieuwe innovaties in deze transitie,” vertelt projectleider Daphne van den Berg. “Het is echter nog een hele uitdaging om deze kansen optimaal te benutten.”

Het voornaamste doel van de Community is dan ook het verbinden van duurzame verpakkings- of recyclinginnovaties aan relevante marktpartijen om deze uitdaging gezamenlijk aan te gaan. “De startups en scale-ups worden door ons geïntroduceerd in het meest interessante netwerk van brand owners, sorteerders en recyclers en private investeerders,” aldus Van den Berg. “Daarmee bieden we innovatieve ideeën een podium en helpen we elkaar om de verpakkingsketen verder te sluiten.”

Daarnaast helpt het KIDV de innovaties verder met actuele, inhoudelijke support. Van den Berg: “Voor startups en scale-ups is het onmogelijk om alle kennis over de verpakkingsketen en bijbehorende spelers zelf in huis te halen, terwijl hun innovaties juist heel waardevol zijn voor de verpakkingsketen.” Kennisdeling vindt zowel plaats via (exclusieve) bijeenkomsten als via onderlinge vraag-en-antwoord sessies met verpakkingsexperts van het KIDV. Ook worden de leden van de Community uitgenodigd voor reguliere bijeenkomsten van het KIDV, waar relevante marktpartijen aanwezig zijn.  

 

De Community-bijeenkomsten bieden de deelnemers tevens de kans om onderling ervaringen, kansen en knelpunten te delen. Iedere keer staat een ander inhoudelijk onderwerp centraal, bijvoorbeeld recyclebaarheid of business kansen. “Door deze kennisdeling én samenwerking kunnen we de verduurzaming van verpakkingen verder opschalen,” stelt Van den Berg.  

Bovendien biedt de Community exposure via een digitaal platform, dat in de zomer 2019 wordt ontwikkeld en opgeleverd. Elke innovatie krijgt persoonlijke aandacht via een eigen pagina op dit platform.

Bron: © KIDV

Nieuw Brancheplan Voedselverpakkingen

FNLI verpakkingenDuurzame en recyclebare verpakkingen staan steeds hoger op de agenda van de directies en managers in de industrie. Ook de levensmiddelenindustrie neemt haar verantwoordelijkheid en maakt voedselverpakkingen al jaren duurzamer en beter recyclebaar. Om deze ontwikkeling extra kracht bij te zetten is onlangs het Branche-verduurzamingsplan 2019 – 2025 van de Federatie Nederlandse Levensmiddelenindustrie (FNLI) vastgesteld en gepubliceerd. In dit plan legt de levensmiddelenindustrie de lat binnen de sector een stuk hoger voor de verduurzaming van voedselverpakkingen in de komende jaren. Om dit te realiseren werken verpakkingstechnologen vaak dagelijks aan onze verpakkingen van de toekomst en worden ze binnen hun organisaties nog belangrijker dan ze al waren.

In het Brancheverduurzamingsplan zijn verantwoord en duurzaam materiaalgebruik de centrale pijlers voor het nieuwe beleid richting 2025. Daarbij werkt de levensmiddelen-industrie aan uniformering van het materiaal van voedselverpakkingen op de Nederlandse markt, als belangrijke stap naar een meer hoogwaardige recycling van voedselverpakkingen. Verder is in het document een zogeheten ‘Tienpuntenplan 2019-2025’ opgenomen en die lijst van acties en interventies zijn bedoeld als concreet handelingsperspectief voor FNLI-leden en het federatiebureau. Bijvoorbeeld dat in 2025 alle kunststof voedselverpakkingen van (HD)PP, (HD)PE en PET worden gemaakt, waardoor de grote diversiteit in plastics afneemt en de mogelijkheden voor recycling dan toeneemt. Met de komst van het plan ‘Duurzame & Recyclebare Voedselverpakkingen’ verzet de FNLI de bakens voor het collectieve Nederlandse verpakkingsbeleid.

Download hier het Brancheplan Voedselverpakkingen

Bron: © FNLI

IFFA 2019 - Mix van traditie en hightech

IFFa 2019Zes dagen lang heeft IFFA - de nummer 1 beurs voor de vleesindustrie - laten zien hoe de sector zich kan voorbereiden op de toekomst. Van de slimme vleesfabriek, verpakkingstrends en voedselveiligheid, via clean labelling, tot de groeiende verwachtingen op het gebied van vleeskwaliteit: IFFA exposanten gaven een antwoord op de eisen van de vleesverwerkende industrie en de slagerij. En dit tegen de achtergrond van een uitstekend investeringsklimaat.

"IFFA heeft eens te meer laten zien dat het niet alleen een van onze oudste vakbeurzen is, maar vooral ook de wereldwijde ontmoetingsplaats voor de sector. Zeven van de tien bezoekers kwamen van buiten Duitsland. De stemming in de hallen, op de beursstanden en in de gangpaden was fantastisch", vat Wolfgang Marzin, President en Chief Executive Officer (CEO) van de Messe Frankfurt samen. "Tegelijkertijd is IFFA de familie ontmoetingsplaats van de vleesverwerkende sector - de vleesindustrie, de machinebouwers, de verpakkingsbedrijven, de kruidenleveranciers, de handel en de slagers. Veel van deze bedrijven zijn al generaties lang in handen van dezelfde familie en IFFA is de plaats waar ze elkaar om de drie jaar ontmoeten om de toekomst vorm te geven.".

Dit werd ook bevestigd door de resultaten van een bezoekersenquête van de Messe Frankfurt: 96 procent van de beursbezoekers gaf IFFA een positieve beoordeling. Ook aan de exposantenzijde was er een uitstekende echo met een algemene tevredenheid van 92 procent.

De uitdaging: een tekort aan geschoold personeel

Machinefabrikanten en slagerijen hebben een gemeenschappelijke uitdaging: een tekort aan geschoold personeel en problemen met de stagiaires. Bedrijven moeten meer investeren in digitalisering, automatisering en robottechnologie om de last van de werknemers te verlichten en alle vleesverwerkingsfasen te vereenvoudigen - dergelijke oplossingen voor bedrijven van alle soorten en maten waren bij IFFA te zien. Dit werd bevestigd door 95 procent van de beursbezoekers, die zeer tevreden waren over het aanbod aan producten en diensten die op de beurs te zien waren.

Verslag IFFa 2019

Gebruikte machines in het buitenland verkopen?

Troostwijk

Wereldwijd bestaat er grote interesse voor gebruikte machines uit de voedingsmiddelenindustrie. Met de opbrengst van de oudere machines kan geïnvesteerd worden in vernieuwing. Hoe ingewikkeld is de verkoop van een overtollige machine aan een buitenlandse afnemer nu eigenlijk?

Wie materieel uit de fabriek wil verkopen kan dat doen via diverse internationale verkoopsites. De vraagprijs op dergelijke sites is altijd zo hoog mogelijk. Kopers weten dit en bieden in eerste instantie dus laag. De vraagprijs wordt op deze manier zelden gehaald. Dit is ook het geval bij het aanbieden van een compleet bedrijf. De verkoop van de eerste 20% aan materiaal gaat meestal snel, maar met het restant blijven bedrijven soms nog jaren zitten. Weer een andere optie is een totaalbod van een collegabedrijf bijvoorbeeld. Dit levert echter vaak slechts een deel van de eigenlijke waarde op, omdat niet alle machines interessant zijn voor de koper.

‘Deal is een deal’ geldt niet overal

Nadat de prijs is overeengekomen, komt de koper zijn aankoop meestal bekijken. De onderhandelingen beginnen dan vaak weer opnieuw. Bij een buitenlandse koper vormt de taal soms een aanzienlijke barrière. Bovendien geldt in veel culturen niet het West-Europese principe ‘afspraak is afspraak’. Zelfs als de koop schijnbaar is gesloten,  blijven sommige kopers nog door onderhandelen. Zelfs tijdens het transport. Is de deal uiteindelijk definitief, dan moet de verkoper voor elk verkocht object een aparte factuur maken. In het geval van een btw-object dient de verkoper bovendien een exportverklaring op te stellen. Vervolgens moet hij rustig afwachten tot hij zijn geld krijgt. Zelf over de grens verkopen kan zodoende een tijdrovende en risicovolle onderneming zijn. 

Veilig, snel en zeker

Naast verkopen in eigen beheer kan een verkoper ook besluiten zijn machines online te laten veilen bij een internationaal opererend veilinghuis. De verkoper bespaart daarmee veel tijd en heeft tevens de zekerheid dat betaling van de geboden prijs ook echt plaatsvindt. De ondernemer komt zonder al te veel inspanningen van zijn overtollig materieel af en stuurt alleen een factuur voor de uiteindelijke opbrengst (minus de courtage) naar het veilinghuis.

Gemiddeld is het volledige traject van aanbod tot verkoop, inclusief betaling aan de verkoper, binnen 8 tot 10 weken afgehandeld. Kopers betalen altijd vooruit. Aflevering vindt pas na ontvangst van het geld plaats. Het geld wordt zolang veilig gestald op een derdenrekening. Eventuele exportverklaringen worden geregeld en ook voor het overschrijven van de kentekens van de machines met de juiste documenten wordt gezorgd.

Bron: Troostwijk Veilingen

Voedselconsumptie kan 30% in Nederland dalen

5cb9974679d18893494143De productie van voedsel heeft gevolgen voor het milieu, over de hele wereld. De verduurzaming van voedselconsumptie is alleen mogelijk als consumenten, maatschappelijke organisaties en alle partijen in de keten, van bord tot boer, hieraan meewerken. Overheden kunnen hierbij een cruciale rol spelen. Dit zijn conclusies uit de PBL-publicatie ‘Dagelijkse kost. Hoe overheden, bedrijven en consumenten kunnen bijdragen aan een duurzaam voedselsysteem’

De studie onderscheidt 4 punten om te komen tot een duurzamer voedselsysteem:

- Duurzamer eten, bijvoorbeeld een verschuiving in het eetpatroon naar meer plantaardige producten 
- Minder voedsel verspillen 
- Efficiënter produceren, bijvoorbeeld hogere gewasopbrengsten per hectare 
- Zorgvuldig produceren, bijvoorbeeld door meer aandacht voor bodembeheer en dierenwelzijn

PBL geeft hierbij aan dat met een combinatie van deze aangrijpingspunten de voetdruk van de Nederlandse voedselconsumptie de komende 10-15 jaar met circa een derde kan dalen.

Zorgvuldiger produceren door verduurzaming ketens

Uit het onderzoek blijkt dat veel bedrijven in de voedselketen, zoals zuivelbedrijven, aardappelverwerkers en retail, activiteiten ontplooien om zorgvuldiger te produceren. Voorbeelden hiervan zijn het stellen van ketenbrede standaarden voor productie (zoals minder gebruik van gewasbeschermingsmiddelen), certificering (bijvoorbeeld rondom dierenwelzijn) en uitwisseling van kennis. In een aantal gevallen krijgen boeren ook een meerprijs voor hun product. De overheid kan ‘verduurzaming via de keten’ ondersteunen door onder andere kennisuitwisseling in ketens en tussen boeren onderling te stimuleren. Ook het openbaar toegankelijk maken van opgedane kennis is belangrijk.

Consument belangrijk, maar deze kan het niet alleen

Duurzamer (en gezonder) eten is eveneens een belangrijke oplossingsrichting om de druk op het milieu te verlagen. Voor consumenten is het echter lastig om op individueel niveau hun eetpatroon te veranderen, omdat routinematig gedrag (inclusief koopgedrag) een belangrijke rol speelt in voedselconsumptie. Het is daarom belangrijk dat partijen uit de voedselketen, zoals supermarkten, catering en horeca, consumenten ondersteunen om andere keuzes te maken en andere gewoontes aan te leren. Het zijn deze partijen die het aanbod richting de consument bepalen.

Voedselbeleid met visie op duurzamer voedsel

Overheden hebben een speciale rol in het landbouw- en voedselsysteem, omdat zij dit systeem beïnvloeden via regelgeving en beleid. Voorbeelden hiervan zijn strengere eisen op het gebied van gewasbeschermingsmiddelen, dierenwelzijn, broeikasgasemissies en het in de prijs zichtbaar maken van negatieve externe effecten van voedselproductie. Ook kan de overheid vanuit een duidelijke visie verschillende partijen, zoals supermarkten, horeca en voedingsmiddelenindustrie, aanspreken en stimuleren om consumenten en boeren te ondersteunen bij het ontwikkelen van een duurzamer eetpatroon en duurzamere productie.

Duurzamer eten, minder voedsel verspillen en duurzamer produceren kunnen dan de nieuwe standaarden worden.

PBL heeft in het kader van dit rapport de themasite 'Kan ons voedsel duurzamer worden?' gemaakt voor een breed publiek. De conclusies uit deze studie worden daar interactief en met illustraties  verbeeld. De lezer kan zelf bekijken hoe hij of zij de voetafdruk kan verlagen en wat de voor- en nadelen van zijn keuzes zijn.

Bron: © PBL